Van missende coureurs tot missende volksliederen: Vijf bizarre podiumceremonies in de Formule 1
Er zijn weinig momenten in de Formule 1 die zo heilig aanvoelen als de podiumceremonie. Het is het punt waarop de adrenaline begint te zakken, en de coureurs - helmen af, emoties hoog, gezichten bezweet - hun triomf vieren, hun wonden likken, of simpelweg even uitademen na een lange, bloedstollende race. Emoties worden blootgelegd onder champagne-sprays en volksliederen. Maar waar de meeste ceremonies tegenwoordig strak geregisseerd en formeel zijn, zijn er door de jaren heen ook een paar geweest die ronduit bizar waren: met vermiste coureurs, dronken trompettisten en ruzies over zilverwerk. Hieronder blikken we terug op vijf van de meest merkwaardige, chaotische of gewoon verwarrende podiummomenten in de geschiedenis van de F1.

Elio De Angelis viert zijn vijfde plaats op het podium (Monaco, 1982)
Herinnerd als een van de meest chaotische Grands Prix ooit, eindigde de GP van Monaco in 1982 met een podiumceremonie voor vier coureurs in plaats van drie - waarvan er één niet eens in de top drie was geëindigd.
In de slotronden begon het te regenen en veranderde het stratencircuit in een ijsbaan. In ronde 74 (van 77) crashte raceleider Alain Prost bij het uitkomen van de chicane. Riccardo Patrese nam de leiding over, maar spinde kort daarna en leek eveneens uitgevallen. Didier Pironi nam over, maar viel stil in de tunnel door een ontstekingsprobleem. Andrea de Cesaris had kunnen winnen, maar had geen brandstof meer.
Derek Daly reed vervolgens voor wat de leiding leek, maar had eerder in de race al zijn voor- en achtervleugel verloren én een beschadigde versnellingsbak. Die begaf het twee ronden voor het einde. Ondertussen wist Patrese zijn wagen opnieuw te starten door deze de heuvel af te duwen, en won zo om miraculeuze wijze de race.
In de chaos was niemand zeker van de einduitslag. BBC-commentator en voormalig wereldkampioen James Hunt riep: “Wel, we hebben hier een lachwekkende situatie: we staan met z’n allen bij de finish te wachten op een winnaar, en we lijken hem maar niet te krijgen!”
Te midden van de verwarring werd Elio de Angelis - die eigenlijk als vijfde was geëindigd - per ongeluk het podium op geroepen. Glimlachend vierde hij mee naast Prins Rainier en Prinses Grace, tot halverwege de ceremonie de vergissing werd rechtgezet.
Alain Prost gooit zijn bokaal het publiek in (Italië, 1989)
Voor sommige coureurs is een trofee niet veel meer dan een leuk aandenken. Voor McLaren teambaas Ron Dennis was het heilig teambezit.
De spanningen tussen Prost en Dennis liepen in 1989 al maanden op, nadat Prost had aangekondigd dat hij naar Ferrari zou vertrekken. Tijdens de GP van Italië, waar Prost zijn vierde en laatste zege van het seizoen behaalde, stond onder het podium een zee van juichende Tifosi.
Volgens McLaren-coördinator Jo Ramírez: “Ze riepen ‘Coppa, coppa!’. Alain dacht: ‘Dit zijn volgend jaar mijn fans’. Hij liep naar voren en gooide de trofee het publiek in. Die brak in duizend stukken - iemand nam het handvat, een ander de voet, weer een ander het middenstuk.”
Ron Dennis, woedend over het verlies van teambezit, gooide de constructeurstrofee aan de voeten van Prost en verliet furieus het podium. Sindsdien eist McLaren dat coureurs hun prijzen direct na ontvangst aan het team overhandigen.
Een dronken fan speelt “Happy Birthday” op de trompet voor Alan Jones (Oostenrijk, 1977)
De eerste overwinning van de Australiër Alan Jones in de GP van Oostenrijk werd gevierd op een moment die niemand had voorzien. Toen hij op het podium stapte en het volkslied verwachtte, bleek men geen Australisch volkslied paraat te hebben.
“Ze hadden het duidelijk niet verwacht”, vertelde Jones aan Formula1.com. “Dus speelde een dronkaard ‘Happy Birthday’ op een trompet - daar waren er veel van in Oostenrijk.”
In die tijd werden ceremonies nog grotendeels geregeld door lokale organisatoren, wat vaker leidde tot fouten met vlaggen of hymnes. Tegenwoordig houdt de FIA wereldwijd toezicht om zulke blunders te voorkomen - al blijft de charme van dat ene moment uniek.

Hunt & Reutemann schitteren door afwezigheid (Japan, 1977)
Sommige coureurs dromen van het podium. Anderen… slaan het gewoon over. Tijdens de Japanse GP van 1977 bleven zowel winnaar James Hunt als nummer twee Carlos Reutemann weg van het podium.
Hoewel de race vooral herinnerd wordt vanwege de fatale crash van Gilles Villeneuve’s Ferrari en Ronnie Peterson’s Tyrrell waarbij een fotograaf en een race-official omkwamen, was het slotakkoord minstens zo opvallend. Hunt, ontevreden over de F1-politiek, stapte direct na de race in een taxi naar het vliegveld. Reutemann vertrok even later.
Zo moest Patrick Depailler in zijn eentje het podium beklimmen om zijn derde plek te vieren, terwijl officials hun best deden er nog een plechtige ceremonie van te maken.
Sindsdien zijn podiumceremonies verplicht gesteld door de FIA.

Pastor Maldonado wordt gekroond door zijn rivalen (Spanje, 2012)
De overwinning van Pastor Maldonado in de Spaanse GP van 2012 was al verrassend genoeg - het was Williams’ eerste zege sinds 2004 en Maldonado stond bekend als “Crashtor” Maldonado vanwege zijn onstuimige rijstijl.
Maar een even memorabel moment kwam na de race, toen Fernando Alonso en Kimi Räikkönen hem tijdens de ceremonie spontaan op hun schouders tilden.
Het beeld was onvergetelijk: twee wereldkampioenen die de verbaasde winnaar optilden alsof ze een nieuwe koning kroonden.
Podiumceremonies lijken tegenwoordig strak geregisseerd en voorspelbaar, maar af en toe breekt de chaos toch door. Of het nou een misplaatst volkslied is, een verdwaalde coureur, of een onverwacht kroonmoment - deze incidenten herinneren ons eraan dat Formule 1 niet alleen draait om techniek en precisie, maar ook om pure menselijkheid.
Het podium is misschien niet het meest essentiële onderdeel van een Grand Prix, maar het is vaak wel het meest memorabele. De plek waar emoties, teleurstelling, ego, geluk en absurditeit samenkomen - in een enkel moment van glorie.